Door de redactie | 23 juni 2025
Wat gebeurt er in het brein van een student die een essay schrijft met hulp van ChatGPT? Die vraag stond centraal in een diepgravend onderzoek van het MIT Media Lab, dat de neurologische, cognitieve en emotionele impact van AI-gebruik tijdens schrijfopdrachten onderzocht. De resultaten zijn ronduit alarmerend: langdurig gebruik van een Large Language Model (LLM) als ChatGPT blijkt samen te gaan met afnemende hersenactiviteit, verminderde herinnering en een zwakker gevoel van eigenaarschap over eigen werk.
Onderzoeksopzet: meer dan een simpel schrijfexperiment
Het onderzoek vond plaats over een periode van vier maanden en omvatte vier sessies per deelnemer, waarvan drie in vaste groepstoewijzing en één als kruisproef. Er deden 54 studenten mee, allen afkomstig van universiteiten in de regio Boston zoals MIT, Harvard, Wellesley, Tufts en Northeastern. De deelnemers werden willekeurig ingedeeld in drie experimentele groepen:
In de eerste drie sessies kregen de deelnemers telkens drie SAT-achtige essayvragen voorgeschoteld, waarvan ze er één moesten kiezen. De vierde sessie bracht een unieke wending: deelnemers werden herverdeeld. Wie eerder ChatGPT gebruikte, moest nu zonder hulp schrijven, en omgekeerd. De onderwerpen in sessie vier waren opnieuw gekozen uit de eerdere drie essays die elke deelnemer al had geschreven.
Neurotechnologie: metingen via EEG
Voor elke sessie werden de hersenactiviteit en fysieke reacties van de deelnemers gemeten via een Enobio 32-kanaals EEG-headset. Deze headset registreerde hersengolven met hoge precisie, waaronder de alfa-, beta-, theta- en deltagolven die geassocieerd worden met aandacht, geheugen, executieve functies en rusttoestand.
De onderzoekers pasten geavanceerde analysemethoden toe, waaronder Dynamic Directed Transfer Function (dDTF) om functionele connectiviteit in het brein in kaart te brengen. Hiermee konden ze niet alleen meten waar activiteit plaatsvond, maar ook hoe verschillende hersengebieden met elkaar communiceerden tijdens het schrijfproces.
De resultaten waren consistent over alle sessies:
In sessie vier, waar LLM-gebruikers plots zonder hulpmiddel werkten, bleek hun cognitieve activering beperkt. Er was sprake van minder betrokkenheid, trage opstart en lagere geheugenprestaties. Omgekeerd vertoonden de Brain-only deelnemers die in sessie vier ChatGPT mochten gebruiken juist verhoogde activiteit in de visuele en semantische verwerkingscentra.
Taal, structuur en semantiek: AI maakt teksten vlakker
Een ander onderdeel van het onderzoek betrof tekstuele analyse van de essays. Met behulp van NLP-technieken onderzochten de onderzoekers onder meer:
Opvallend was dat de essays van de LLM-groep inhoudelijk homogeen waren. Veel teksten bevatten vrijwel identieke structuur en vergelijkbare zinswendingen. Bij het onderwerp 'kunst en verandering' noemden meerdere deelnemers dezelfde kunstenaars, zoals Frida Kahlo en Matisse, wat sterk leek op gegenereerde content uit eerdere ChatGPT-antwoorden.
De semantische analyse liet bovendien zien dat de inhoudelijke afstand tussen de Brain-only essays significant groter was. Dit betekent dat studenten zonder hulpmiddel originelere en meer diverse essays schreven.
Interviews onthullen gebrek aan eigenaarschap
Na elke sessie ondergingen de deelnemers een post-assessment interview waarin hen werd gevraagd naar hun keuze van onderwerp, strategie, vermogen om te citeren uit hun eigen tekst, tevredenheid en gevoel van eigenaarschap.
De verschillen tussen de groepen waren opvallend:
Een deelnemer uit de LLM-groep verklaarde: “Ik weet dat ik het geschreven heb, maar het voelt niet als iets van mij.” Een andere gaf toe: “Ik gebruikte ChatGPT vooral om het hele essay te genereren. Ik heb het daarna amper aangepast.”
Studenten in de Brain-only groep gaven vaker aan bewust keuzes te maken in hun structuur, argumentatie en stijl. “Ik begon met een stelling en bouwde het op zoals ik gewend ben van school. Dat gaf me ook een goed gevoel achteraf,” aldus een deelnemer.
ChatGPT verhoogt efficiëntie, maar verlaagt leerimpact
Op korte termijn scoorden de LLM-gebruikers gemiddeld hoger op grammatica, opbouw en lengte van hun essays, zowel volgens menselijke beoordelaars als volgens de AI-jury. Maar deze winst ging gepaard met een verlies aan diepgang, memorabiliteit en cognitieve betrokkenheid.
Kosmyna spreekt van een paradox: “AI-gebruik verlaagt de cognitieve belasting en verhoogt de outputkwaliteit — maar juist die lagere inspanning belemmert diep leren.”
In de vierde sessie werd dit pijnlijk duidelijk. De 'LLM-to-Brain'-deelnemers presteerden cognitief zwakker: ze produceerden kortere essays, maakten meer taalfouten, en toonden minder inzicht. “Het voelde alsof ik niet meer wist hoe ik moest beginnen zonder ChatGPT,” gaf een deelnemer toe.
Omgekeerd bleken 'Brain-to-LLM'-deelnemers juist geactiveerd. Ze gebruikten ChatGPT strategisch, stelden gerichte vragen, en pasten de output actief aan hun eigen stijl aan. Hun hersenscans vertoonden hoge activiteit in de prefrontale cortex — het gebied voor planning en probleemoplossing.
Lessen voor het onderwijs
Het onderzoek levert een belangrijke bijdrage aan het groeiende debat over AI in het onderwijs. Volgens de onderzoekers moeten scholen kritisch nadenken over hoe en wanneer studenten AI-tools mogen gebruiken.
“Zoals je niet begint met rekenmachines in groep drie, zouden we studenten ook eerst moeten leren schrijven zonder AI,” zegt Kosmyna. “Pas als ze zelf structuur, argumentatie en stijl beheersen, kan AI een nuttige aanvulling zijn.”
De onderzoekers pleiten voor een sequentieel model waarin studenten eerst trainen zonder hulp, daarna met zoekmachines, en pas in latere fasen ChatGPT of andere LLM’s mogen gebruiken. “Zo behouden ze hun cognitieve flexibiliteit,” stelt Kosmyna. “Het doel is niet om AI uit te bannen, maar om het op een pedagogisch verantwoorde manier in te zetten.”
Conclusie: technologie vraagt om menselijk inzicht
De studie toont overtuigend aan dat AI-assistenten zoals ChatGPT krachtige hulpmiddelen kunnen zijn, maar ook risico’s meebrengen als ze te vroeg en te routinematig worden ingezet. Hersenactiviteit, taalvaardigheid en zelfreflectie worden aantoonbaar beïnvloed door de mate van ondersteuning.
“Onze hersenen zijn plastisch,” besluit Kosmyna. “Ze passen zich aan aan wat we nodig hebben. Als we denken dat AI het wel overneemt, dan laat het brein los. Maar dat is een gevaarlijke afhankelijkheid.”
De onderzoekers hopen dat hun werk zal bijdragen aan een beter begrip van de neurologische en educatieve gevolgen van AI-gebruik.
©2025 Mens & Technologie - Alle rechten voorbehouden.
We hebben je toestemming nodig om de vertalingen te laden
Om de inhoud van de website te vertalen gebruiken we een externe dienstverlener, die mogelijk gegevens over je activiteiten verzamelt. Lees het privacybeleid van de dienst en accepteer dit, om de vertalingen te bekijken.